De formule van Camp is een bruikbaar hulpmiddel om door afweging van de beïnvloedbare kosten de optimale seriegrootte te berekenen. Dat betekent, dat je je vòòr het gebruik van het model moet afvragen, wat er bij de kosten al dan niet wordt beïnvloed als je zou besluiten het resultaat van de berekening te gebruiken.
Als je de formule van Camp toepast voor een routinematige bestelling van een courant product, behoor je daarom bijvoorbeeld de rente op het in het magazijngebouw geïnvesteerde vermogen en de afschrijvingen op gebouw en inventaris niet mee te nemen in de voorraadkosten.
In het algemeen geldt: je moet rekenen met de voor de beslissing relevante kosten.
We zullen dat toelichten.
Een berekening van een EOQ gaat meestal om een beslissing voor de korte termijn. Bijvoorbeeld de seriegrootte bij het maken van een reguliere bestelling per artikel (doorzetten van het besteladvies uit het ERP). Als in de bestaande situatie alle voorraad nog in het magazijn past en eventueel overblijvende ruimte niet voor iets anders wordt gebruikt, dan wordt de R van de ‘ruimtekosten’ dus niet beïnvloed door een wijziging van je seriegrootte.
De invloed van de grootte van de bestelserie op de kosten van het gebouw is dan nihil. In deze situatie moet je dus voor een waarde van α kiezen zonder daarbij de kosten van het gebouw en de inventaris mee te nemen.
Als je in een spreadsheet (per artikel) de EOQ voor je gehele assortiment hebt berekend, zou uit het totaal van je berekeningen kunnen volgen dat er te weinig opslagruimte is voor de totale voorraad van alle producten. Kennelijk zijn de EOQ’s die je berekende, groter dan de bestelseries waar het bedrijf tot nu toe mee werkte. Kijk eerst nog eens goed of je wel hebt meegenomen dat de gemiddelde voorraad per artikel niet Q, maar ½Q is. Als na eventuele correctie nog steeds meer ruimte nodig is dan je beschikbaar hebt, sta je wellicht voor de beslissing om ruimte bij te huren of te bouwen. Je wil de formule van Camp nu niet gebruiken voor een operationele beslissing, maar voor een tactische.
Als je het EOQ-model voor een tactische beslissing gebruikt zul je in het model (voor α en F) andere kosten moeten invoeren, want bij een lange termijn (tactische) beslissing zijn de relevante kosten anders dan bij een korte termijn (operationele) beslissing.
Kom je volgens je berekening met de reguliere waarden van α en F ruimte tekort, dan zou je voor je beslissing neemt om de ruimte uit te breiden ook kunnen kiezen voor bestellen van kleinere series. Als je het model wilt gebruiken als hulpmiddel bij de onderbouwing van deze beslissing, moet je in de R van Ruimtekosten de kosten van de huur en/of de kapitaalkosten van de investering wel meenemen. Daardoor neemt α toe en worden je optimale series kleiner. Wellicht past de berekende voorraad dan nog steeds niet in de beschikbare ruimte en weet je zeker dat uitbreiding nodig is.
Alles draait erom dat je een beslissing met behulp van een model (dus ook met de onderhavige optimaliseringformule), alleen maar mag baseren op de kosten waar je beslissing op van invloed is.
In onderstaande tabel geven we enkele voorbeelden van kosten voor voorraad houden en voor bestellen, die wel of niet worden beïnvloed door de seriegrootte. Het zijn voorbeelden die spelen in de situatie waar de formule van Camp het meest wordt gebruikt: het operationele, korte termijnvraagstuk van de seriegrootte.

tabel 2: voorbeelden van relevante en niet relevante kosten op de korte termijn